Hele kleine paddenstoeltjes

In een kweekbak op de vensterbank in mijn keuken groeien hele kleine paddenstoeltjes. De sporen zaten wellicht al in de potgrond die ik gebruikt heb, of ze zijn komen aanwaaien ergens vandaan.

Ze zijn misschien 9 millimeter hoog. De zwammetjes komen ’s avonds op; de andere ochtend staat er alleen nog een dun steeltje….

In de bak heb ik trouwens Nachtschone gezaaid, een makkelijke tuinplant die ’s avonds en ’s nachts bloeit – vandaar die naam. Ik heb de witbloeiende variant; het zaad kreeg ik van mijn buurman 🙂

Ieniemini klein beessie

Een ieniemini klein beessie is het, de schildwants die ik zag zitten op een bloem van kattenkruid:

Meer dan 5 millimeter was hij of zij niet, heel klein dus. Het schepseltje zal zich misschien voeden met sappen uit de bladeren van de plant. Of hij jaagt op insecten die nóg kleiner zijn, want sommige schildwantsen zijn rovers.

Enfin, als straks de temperatuur naar beneden gaat en de dagen korter worden, zal het afgelopen zijn met dit fragiele leventje. Maar volgend voorjaar begint alles opnieuw en worden er schildwantsen geboren uit eitjes die dit jaar gelegd zijn.

Lente in mijn tuin

Afgelopen zaterdag zat ik met mijn jas aan in de tuin, in het zonnetje 🙂 . Het was nog februari, maar het voelde helemaal als lente. De krokussen bloeiden en ik zag enkele insecten op de bloemen vliegen, op zoek naar stuifmeel en nectar. Het waren vermoedelijk blinde bijen of snorzweefvliegen, want die overleven de winter en zijn er dan in de lente als eerste bij.
Hieronder een close-up van zo’n hongerige vroege vlieger in mijn tuin.


Bij of zweefvlieg op krokus in mijn tuin

Bunkers en paddenstoelen

Vanochtend een korte wandeling gemaakt in het Staelduinsebos bij ‘s-Gravenzande, een natuurgebied van het Zuid-Hollands Landschap.
Het bos herbergt een aantal bunkers uit W.O. II, een nalatenschap van de Duitse Wehrmacht. Ik vond ze zeer fotogeniek, zoals uit onderstaande plaatjes moge blijken.

Verder een paar plaatjes van paddenstoelen, zoals ik die aantrof op gekapte stammen op de grond. En tot slot een grote bonte specht hoog in een boom die alle moeite deed om voor mij onzichtbaar te blijven.

Paddenstoeltje

Op mijn werkplek zag ik bovenstaand paddenstoeltje staan tussen het levermos. Het was misschien maar 15 millimeter hoog, maar mooi in zijn kleinheid.
Hoe het heet? Geen idee, ik ben geen mycoloog maar een plantenman. Maar zonder naam is-ie ook fraai 🙂 .

Vuurlibel

Gespot op mijn werkplek vanochtend: een vuurlibel. Inderdaad vuurrood van kleur voor wat betreft het achterlijf, een forse libel die zo vriendelijk was om een tijdje rustig te blijven zitten, zodat ik een paar foto’s kon maken.

Vuurlibel, sterk ingezoomd met mobieltje. De grote bolle ogen waarmee de libel 360 graden om zich heen kan kijken, zijn zichtbaar

Het schijnt een vrij algemene soort te zijn, al zag ik hem voor het eerst. Maar ja, hoe vaak zie je überhaupt nog dit soort insecten? Alleen in natuurgebieden – aan de waterkant en bij bosranden, maar verder nauwelijks.

Vuurlibel, iets verder weg

Sprinkhaan en spin

Zomertijd is insectentijd. Ik zag op mijn werkplek onderstaande Doolhofspin die zijn nestje geweven had tussen de takken van een struik. Het web is een ‘doolhof’ van draden met een opvallende trechter aan de zijkant of in het midden, die als vluchtweg dient voor de spin.

Vandaar dan ook dat de familie van spinnen die dit soort nesten bouwen ‘trechterspinnen’ worden genoemd.

Doolhofspin in de ingang van de trechter, sterk ingezoomd
Van een afstandje…

Ik kon deze spinnensoort identificeren met de app ‘Picture Insect op mijn telefoon. De app werkt bijzonder goed bij het identificeren van vlinders, spinnen en allerhande andere soorten insecten. Helaas is hij alleen in de proefperide gratis, daarna moet je betalen.

Ook onderstaande Grote groene sabelsprinkhaan kon ik met behulp van de insectenapp benoemen. Hij zat in een Portugese laurier en verraadde zich door weg te springen, anders had ik hem nooit gezien, zo goed gecamoufleerd was ie!

Het dier heeft zeer lange achterpoten – dit zijn de springpoten waarmee hij zich verplaatst. De sprongen die hij maakt zijn enorm voor zijn omvang – alsof een atleet op de Olympische Spelen een sprong van 100 meter maakt!

Sabelsprinkhaan in laurierstruik, één lange achterpoot zichtbaar

Deze soort is carnivoor, hij leeft van ander insecten die hij met zijn voorpoten grijpt en met zijn sterke kaken aan stukjes knipt. De ‘sabel’ in zijn naam duidt op de legboor die de vrouwtjes hebben om eitjes af te zetten en die een beetje doet denken aan een sabel.

Close-up van hetzelfde dier. Hij heeft een soort weerhaakjes aan de poten, bedoeld om prooidieren mee vast te klemmen

Volgens Wikipedia zijn er wereldwijd 6400 soorten sabelsprinkhanen. Vier-en-zestig-honderd! En dan de andere soorten sprinkhanen nog. En al die andere insectenfamilies…..

Komt, verwondert u hier mensen….

De levensloop van het lieveheersbeestje

Op de foto hierboven zijn twee poppen van het lieveheersbeestje zichtbaar op de bladeren van een hortensia. Over enkele dagen zullen ze zich ontpoppen tot nieuwgeboren lieveheersbeestjes, geduchte bestrijders van bladluizen.

Het zal zo ergens in mei geweest zijn dat ik overal op mijn werkplek lieveheersbeestjes zag in de harten van planten (met name hortensia’s). Ze zaten zich op te warmen in het voorjaarszonnetje.

Daarna hebben die beestjes eitjes gelegd. Uit de eitjes kwamen na ongeveer een week larven, die op jacht gingen naar bladluizen. Eén larve eet gedurende zijn korte bestaan vele honderden bladluizen….

Twee larven van het lieveheersbeestje

Na enkele tussenstadia veranderden de larven uiteindelijk na een dag of 20 in de poppen die je op de bovenste foto ziet. Hier zullen dan na ongeveer een week volwassen lieveheersbeestjes ‘uitsluipen’ – zo wordt dit genoemd.
In het najaar gaan deze in winterslaap op beschutte plekken – onder een laagje blad of verstopt in de harten van planten. In de volgende lente begint alles opnieuw.

Bloesem en knoppen

Mijn achtertuin in Ter Heijde wordt steeds mooier met die nu volop bloeiende vruchtbomen. De op-sterven-na-dood zijnde toverhazelaar die ik van mijn werkplek mocht meenemen, heb ik tot leven weten te wekken en staat op het punt van uitlopen.

Perenboom tegen de schutting
Idem, sterk ingezoomd
Knoppen van de toverhazelaar

Knoppen

De knoppen van de vruchtbomen in mijn tuin zwellen op, groeien uit, openen zich met nieuw blad en straks, hopelijk, nieuw bloesem. Het wordt lente!

Sierappel, met steeltjes van appeltjes van vorig seizoen.
Zure kers
Appel of peer, ik ben er niet helemaal zeker van, ik zie het straks wel! 🙂 .